Bewijs

De uitnodigingsbrief. Een legitimatiebewijs. Bewijs van inschrijving op werk.nl. Bankafschriften van de afgelopen zes maanden van mezelf, mijn op dat moment nog bestaande gezamenlijke rekening en die van mijn zoon (toen 4 jaar oud) met bij elke af- en bijschrijving een verantwoording en eventueel aanvullend bewijs. Bewijzen van mijn bezittingen, of bezittingen die ik in de nabije toekomst kon verwachten. Bewijs van mijn schulden. Een lijst met motivatie en bewijs van mijn maandelijkse vaste uitgaven. Bewijs dat ik chronisch ziek ben. Mijn huurcontract. Een actueel CV. Bewijs van minimaal zeven recente sollicitaties met eventuele afwijzing. Bewijs dat ik in scheiding lag. Bewijs dat ik gestopt was met mijn studie en geen studiefinanciering meer kreeg.

Bewijs. Bewijs. Bewijs.

Dit lijstje kreeg ik toegestuurd toen ik net iets meer dan een half jaar na mijn relatiebreuk bij de gemeente aan moest kloppen voor een bijstandsuitkering. Hoewel ik het enorm naar mijn zin had op mijn voltijd HBO opleiding Bestuurskunde, begonnen alle spanningen van dat jaar mij op te breken en zag ik me genoodzaakt te stoppen. Solliciteren ging moeizaam; ik werkte wel via een uitzendbureau in diverse horecagelegenheden maar zonder mijn studenten OV en bij gebrek aan andere financiële middelen of überhaupt een reiskostenvergoeding (het was een studentenuitzendbureau, iedereen had gratis OV ging men van uit) werd het voor mij onmogelijk om voor die baan op en neer te blijven reizen naar Amsterdam of Schiphol. Het gebrek aan een goede opleiding (hoogste diploma op dat moment: VMBO), fatsoenlijke werkervaring door chronische ziekte en geen rijbewijs maakten dat het voor mij erg lastig werd om een nieuwe baan te vinden. Vele wanhopige momenten en paniekaanvallen later besloot ik dat het echt onvermijdelijk was en vroeg ik een bijstandsuitkering aan. Ik was 30 jaar.

Ik wilde helemaal geen uitkering aanvragen. Ik wilde werken voor mijn geld, mezelf nuttig maken. Niet voor niets had ik de jaren ervoor zo hard gewerkt om vanuit 100% afkeuring in de WIA vrijwillig te re-integreren en weer aan het werk te gaan. Het werd een voltijdopleiding HBO na het met vlag en wimpel slagen voor de 21+ test, maar inmiddels was ik daarnaast ook op politiek vlak een flinke carrière aan het opbouwen en lonkte het opzetten van een eigen bedrijf nog altijd. Wat nou chronisch ziek? Ik kan werken, ik wil werken. Het gaat misschien niet zoals ik zou willen, maar we komen er vanzelf. Lukt het vandaag niet, dan komt het morgen wel. Zo ben ik opgevoed, zo is mijn instelling nog steeds. Het inschrijven bij het UWV en het aan moeten vragen van de bijstand was voor mij dan ook een enorme knieval die ik echt niet wilde maken.

Maar het moest. Ik had het vangnet van de overheid nodig, wilde ik niet verder in de ellende zakken. En toen kwam de lijst. De eisenlijst met alle papieren die ik fysiek aan moest leveren. Digitaal kon (nog) niet, dus alles moest netjes gekopieerd of uitgeprint zijn. Geen originele papieren, want die moest ik zelf natuurlijk houden voor mijn eigen administratie. Op de site had ik een groot deel al kunnen lezen en ik was dus al bezig met verzamelen en opvragen, maar er kon dus ook aanvullende informatie worden gevraagd. En dat deden ze dus ook. In plaats van drie maanden, moest ik vanwege mijn scheiding zes maanden terug in mijn bankafschriften. Ik moest correspondentie met mijn huidige advocaat overleggen dat ik akkoord ging met het indienen van de scheiding door mijn ex om kosten te besparen, en de vorige die we hadden ontslagen omdat hij tegen onze wensen inging. Een ondertekende verklaring van mijn bijna-ex man dat we niet meer samen waren, samen met zijn correspondentie met zijn advocaat en bewijs dat zijn advocaat de scheidingsaanvraag ook namens mij had ingediend bij de rechtbank of zou indienen. Privacy anyone? Maar we gingen verder. Een verklaring van mijn oude school en DUO dat ik was gestopt met de opleiding. Mijn huurcontract samen met de verklaring van mijn woningbouw dat ik het huis met meerdere zelfstandige huurders deelde, omdat dit uit mijn huurcontract zelf niet goed duidelijk werd. Ik moest rapporten van het UWV overleggen dat ik inderdaad chronisch ziek ben, ook al had dat geen enkele nut of toevoeging omdat ik niet meer afgekeurd was. Ik moest motiveren waarom ik niet meer voor het studentenuitzendbureau kon werken, en dat ik vanuit mijn scheiding geen waardevolle bezittingen of grote som geld zou krijgen.

En dan die zes maanden bankafschriften… alle uitgaven en inkomsten moest ik verantwoorden. Dus ook de tripjes naar het buitenland die ik had gemaakt. Waarom vond ik dat ik toen op vakantie kon terwijl ik nu een bijstandsuitkering aanvroeg? En hoe kon ik verantwoorden dat ik met enige regelmaat te vinden was in een café voor ik deze beslissing maakte? En waarom gaf ik geld uit aan speciaalbier? Het antwoord op alle vragen is natuurlijk: omdat het kon. Omdat mijn situatie er naar was dat ik die dingen kon doen. En nu niet meer, dus nu had ik hulp nodig. Niet om op vakantie te kunnen blijven gaan, maar om te kunnen eten, mijn schulden af te kunnen lossen en mijn huis niet kwijt te raken.

Had ik kunnen sparen? Ja. Maar dat geld was natuurlijk al op toen ik besloot een punt achter mijn huwelijk te zetten, drie maanden huur in één keer te betalen en de IKEA leeg te kopen zodat ik in ieder geval niet op de grond sliep in mijn kamer van 21m2. Daarnaast zijn een advocaat en een scheiding ondanks alle regelingen ook niet echt gratis. Allemaal excuses die ik mezelf continu maakte dat het écht verantwoord was om deze aanvraag te doen, dat ik er echt alles aan had gedaan om dit te voorkomen. Dat het echt niet mijn schuld was dat ik nu op dit punt was beland. Dat ik niet onder de vele harde vooroordelen viel die mensen hebben van bijstandsontvangers.

En dat is toch eigenlijk te idioot voor woorden. Waar ik vol goede moed de schouders eronder zette om mezelf volledig aan de kant te zetten en de bijstand in te gaan, brokkelde die motivatie in rap tempo af bij het proberen te voldoen aan alleen al de eisen die de gemeente stelde aan het in behandeling nemen van je aanvraag. Ja, je leest het goed. Deze halve boom aan administratie was enkel en alleen nodig om te kijken of ze mijn aanvraag in behandeling zouden nemen. En toen kwam de stress, de paniek. Ik wil dit helemaal niet. Ik wil al deze informatie niet delen, die is veel te privé. Ik wil niet iedere 70 cent die ik heb gepind op Amsterdam CS omdat ik naar de wc moest verantwoorden, zodat een wildvreemde kan oordelen of mijn uitgavenpatroon wel verantwoord was en ik dus niet bewust al mijn geld er doorheen had gejaagd waardoor ik nu mijn hand op moest houden. 

Ik wilde niet weer van het ene naar het andere suffe kantoorpandje gesleept worden voor cursussen in sollicitatiebrieven schrijven of CV’s maken. Die had ik al honderd keer van het UWV gehad. Ik wilde niet gedwongen worden tot een baan die ik fysiek onmogelijk vol kon houden, enkel en alleen omdat ik hem moest aannemen of omdat ik een tegenprestatie moest doen waardoor ik geen energie meer had voor enige andere verplichting dan ook. Ook dat eerste had het UWV mij al vaak genoeg geflikt, waardoor ik elke keer alleen maar weer sneller en langer uitviel. Ik wilde niet elk onverwacht dagje weg met vrienden moeten opgeven, of bij moeten houden of en wanneer mijn moeder mij weer eens een paar pakken pasta en rijst toe stopte. 

Ik wilde hulp.

En ik kreeg een administratieve nachtmerrie. Wantrouwen. Paniek.

Nog voor ik überhaupt alles bij elkaar had weten te sprokkelen, besloot ik dat het mij het niet waard was. Ik ging mijzelf deze vernedering niet aandoen omdat ik hulp nodig had. Daarvoor was ik al te ver gekomen en had ik te hard aan mezelf gewerkt. Ik wilde niet bij mijn ex aankloppen voor de bij bijstand verplichte partneralimentatie terwijl ik geen alimentatie voor mijn zoon kon betalen, omdat dit onze band niet ten goede ging komen en we samen nog een kind op moesten voeden. Ik kon het simpelweg niet opbrengen om zo door de mangel gehaald, gewantrouwd en op sommige punten zelfs vernederd te worden.

En dus solliciteerde ik op een baan waarvan ik wist dat ik direct aangenomen zou worden, maar het fysiek niet aan zou kunnen: ik ging bij de Action werken en trok mijn aanvraag voor de bijstandsuitkering in nog voor het eerste gesprek was geweest. Dit was helaas niet voldoende inkomen en ook nog instabiel vanwege de wisselende uren, dus ik nam er een tweede baan bij. Ik maakte dagen van 7 uur ’s morgens tot 1 uur ‘s nachts om mijn schulden af te betalen, geen nieuwe schulden te maken en mijn huur te kunnen blijven betalen. Maar ook om mezelf die avondjes in het café te kunnen blijven geven zodat ik niet in een enorm diep dal terecht zou komen na mijn scheiding. Ik spaarde keihard voor een reis naar Edinburgh, alleen. 

Maar spaarde mezelf niet. De pijn in mijn lijf nam toe, ik was moe, op. Geestelijk was het zwaar en ik heb mijn schouder door te veel eenzijdige bewegingen (hallo kassa) en mijn heup door zwaar tillen volledig naar de klote geholpen. En soms denk ik dan nog wel eens bij mijzelf, wat als ik wel die bijstandsuitkering had aangenomen? Had ik dan mijn reizen kunnen maken? Nee. Had ik een nieuw sociaal leven op kunnen bouwen om te voorkomen dat ik depressief thuis kwam te zitten? Nee. Sterker nog: ik had mijn huidige echtgenoot dan niet eens ontmoet, aangezien ik hem tegenkwam in een bar. Mijn beste vrienden niet, omdat ik ze beiden tegenkwam in diezelfde bar. Het zijn allemaal keuzes die ik heb kunnen maken, omdat ik besloot om niet de bijstand in te gaan. Het was de toenemende lichamelijke ongemakken en het tenietdoen van alles waar ik zo hard voor gewerkt heb in revalidatie waard omdat ik besloot om niet de bijstand in te gaan zodat ik mijn eigen keuzes kon maken. Het heeft de maatschappij wel wat extra aan ZW, WW, GGZ en andere gezondheidszorgkosten gekost, maar ach.

En ik weet dat mijn verhaal niet op zichzelf staat. En misschien denk je bij het lezen wel ‘wat een onzin, in de bijstand kan je ook keuzes maken’. Dat kan zeker. Maar als ik in de bijstand zou zitten en je zou horen dat ik iedere maandagmiddag een biertje ging doen in Amsterdam omdat ik daar vrienden had gemaakt, zou je mij dan toejuichen, of zou je mij veroordelen omdat ik die tijd beter kon besteden aan het zoeken van werk? Had je dan niet eerder gedacht ‘niet van mijn belastingcenten!’.

En zou je mij afzetten bij Schiphol voor een weekendje weg, als je wist dat ik dat weekend betaalde van een bijstandsuitkering (als ik überhaupt al toestemming van de gemeente zou krijgen, want je moet het wel allemaal kunnen verantwoorden)? Je kan nu heel hard roepen dat je dat wel zou doen, maar de harde waarheid is dat we allemaal een mening hebben over mensen in de bijstand en wat zij wel en niet zouden mogen, en dat een drankje doen en een weekend weg niet op die lijst staan. Dat we het allemaal beter weten als het gaat om het uitgeven van geld aan dingen die wij niet verstandig achten terwijl we voor de derde keer die week maar bij Thuisbezorgd bestellen omdat we geen zin hebben om het eten wat in de koelkast ligt te verpieteren daadwerkelijk klaar te maken. Als je geld hebt, sta je niet stil bij de kleine uitgaven die je doet. Je doet gewoon. Je haalt die kop koffie bij de Starbucks elke ochtend onderweg naar je werk. Je zegt ja tegen dat avondje bier drinken en bijkletsen met vrienden. Je zegt ja tegen die stedentrip in een lang weekend. Je brengt hele avonden door aan de eettafel om onder het genot van een wijntje en een kaasplankje te verzinnen welke verre reis je deze zomer gaat maken met je gezin.

Je leest gewoon de krant, al dan niet digitaal, omdat je er een abonnement op hebt. De Donald Duck natuurlijk ook. Schoenen beginnen te slijten? Je haalt nieuwe. Kind heeft een groeispurt? Op naar het centrum voor nieuwe kleding. Vuurwerk voor honderden euro’s? Prachtig! Oranje staat in de halve finale? Op naar Duitsland! Dat ene goede doel heeft een donatie nodig? Geen probleem. Maaltijden van Hello Fresh? Beetje prijzig, maar zo makkelijk! Drukke baan? Kinderopvang, huiswerkbegeleiding en een schoonmaakster. De robotstofzuiger doet zijn werk en het maatje de robotgrasmaaier hoef je ook niet naar om te kijken.

Dit klinkt allemaal heel generaliserend, en dat is het ook. Maar lees bovenstaande alinea eens terug en bedenk jezelf hoe vaak je jezelf eigenlijk wel hebt herkend in wat ik schreef en dingen die op hetzelfde neer kunnen komen.

Ook ik had vooroordelen. De witte tuinstoel, een versleten joggingbroek van een bekende voetbalclub, een vaal wit t-shirt en een blik schultenbrau terwijl Hazes uit de speakers knalt vanuit hun sociale huurwoning met volledig betegelde tuin met onkruid en het halve Action assortiment voor het raam. Te lui om te werken, lekker gemakzuchtig je hand ophouden bij de overheid. Waarom zou je werken als je ook de hele dag gewoon je eigen ding kan doen? 

Maar ik leerde ook al heel snel dat het nooit is wat het lijkt. Dat deze hele kleine groep mensen (zo’n 6000 op 404.000 bijstandsgerechtigden) ook een verhaal hebben. ‘Geen zin om te werken’ is een gigantisch vooroordeel waar niemand bewijs voor heeft. Ja, zo iemand kan het wel zeggen met een flinke dosis sarcasme, maar ik heb inmiddels geleerd dat er juist achter dat sarcasme een hoop leed schuilgaat. Want zo iemand kan al heel vroeg zijn ouders verloren hebben, lange relaties gehad hebben die stuklopen, kinderen hebben die ze niet meer mogen zien. Psychische problemen, verslavingen, schulden, laaggeletterdheid, chronisch ziek. Heel veel wantrouwen vanuit de omgeving en de overheid waardoor men compleet afgestompt door vaak een meervoudige factor van deze problemen de boel maar heeft opgegeven en de dagen slijt in die witte tuinstoel. 

En wij maar oordelen.

Als jij iedere dag te horen krijgt dat je niks waard bent, dat er geen hulp is, dat je vast geen zin hebt om te werken en dus maar andermans belastinggeld uitgeeft aan halve liters bier, motiveert het jou dan om daadwerkelijk je leven op orde te brengen en aan het werk te gaan? Als de overheid je keer op keer heeft laten vallen en je vertrouwen heeft beschaamd, zou je dan bij diezelfde overheid aankloppen om hulp te vragen?

Nee.

En dan is dit nog maar één voorbeeld van een vooroordeel. Mensen met een niet-Westerse achtergrond hebben dagelijks met nog veel grotere oordelen te maken en krijgen vaak geen enkele kans een goed bestaan op te bouwen omdat wij vanuit onze redenatie vinden dat ze luie uitkeringstrekkers zijn die alleen maar de criminaliteit ingaan en op straat rondhangen.

En daar zie je precies wat er mis is met de bestaanszekerheid in Nederland. We hebben allemaal een grote mond over anderen, maar weigeren ons eigen aandeel hierin te zien. Het is tijd om daar wat aan te gaan doen.